Het klimaat van de "Ardeche meridional", is, zeker in de zomer, gelijk aan dat van de aangrenzende Provençe en Gard. U vindt dan ook op uw tochten dezelfde vegetatie van dor struikgewas, vol geuren van kruiden, de "garrigue", die u overal langs de middellandse zee aantreft. Een ontmoeting met een hert of everzwijn is niet zeldzaam, en boven de rivier cirkelen vaak arenden.
In dit idyllische landschap vindt u tal van middeleeuwse dorpen en stadjes, enkele met de titel "les plus beaux villages de France", zoals Vogué, Aiguèze, St-Montant, en (hierboven, het mooiste:) Balazuc.
De kunststeden van de Provençe: Orange, Nimes, Avignon, Aix-en-Provençe, Marseille liggen op anderhalf à 2 uur rijden, de zaterdagmarkt in Uzès (heel leuk): 1 uur.
Behalve het museum van de grot van Chauvet zijn er heel wat echt te bezoeken grotten in de streek, maar de meest interessante is ongetwijfeld de "Aven d'Orgnac", een van de "Grand Sites de France" (andere zijn: de Mont-St-Michel, en Rocamadour), een grot met de bekende druipsteenformaties, maar ook overblijfselen van uitgestorven dieren (de holenbeer) en tekenen van prehistorische mensen. Er is ook een museum.
Zeer de moeite waard is ook een bezoek aan de "Bambouseraie" te Anduze (zie hierboven), het Lavendelmuseum te St-Remèze, en het "Musée de Chataigne" (kastanjes) te Joyeuse. Een zijdemuseum (de kweek van zijderupsen en de productie van zijde was in het verleden een belangrijke nijverheid in deze arme regio, vandaar dat u nog overal moerbijbomen ziet, knoestig als onze hollandse wilgen) vindt u in het chateau van La-Bastide-de-Virac, op zich al een heel bezienswaardig plaatsje.
Nieuwe reacties